Ik las pas in een boek dat veel Amerikaanse schrijvers naar Parijs verhuizen. Omdat daar heel veel cafe’s zijn die altijd open zijn en waar het als normaal wordt beschouwd als je met één kop koffie vijf uur aan een stuk blijft schrijven.
Terras
Ik zit hier nu op het terras van een cafe in Maastricht te schrijven. Ik ben nog niet meteen een ‘believer’ van dit type schrijfplek. Ik zit niet zo comfortabel, krijg zo meteen mijn lunch (waar blijft ‘ie?), word afgeleid door de dreigende regenwolken. Daar staat tegenover dat ik heel veel andere dingen om me heen zie en ervaar. Ik hoor flarden van gesprekken op het terras.
Bossche bol
Eén gespreksflard intrigeert me: “…morgen, in Den Bosch, daar bestellen we Bossche bollen. Laat die vlaai van hier maar zitten. Ben ik niet zo dol op. Geen slagroom, niet zoet genoeg. Nee, doe mij maar een Bossche bol.”
Vlaai
Het doet me denken aan de anekdote van een familielid van B. Deze persoon, een man, was boer, werkte zeven dagen in de week. En vooral in het voorjaar en de zomer. Dan moest er fruit worden geoogst, gras gemaaid. Als hij (ik heb het over de jeugdherinneringen van B., zo’n 35 jaar geleden) op zondagnamiddag aanschoof op een feestje, een communie of een kermisfeest, dan deed hij zich, zonder blikken of blozen, tegoed aan een hele vlaai. Geen stukje, geen twee, geen vork. Nee, een héle vlaai, alle stukken met de hand gegeten. Dat moest toch onbeleefd zijn!
Maar: behalve voor besmuikt gelach hoefde dit familielid niet bang te zijn. In Limburg was de gast lang juist beledigd als je uiteindelijk maar één stuk vlaai wilde. En ik beken, als ik moest kiezen, dan ging ik ook voor de vlaai en niet voor de Bossche bol. En dan het liefst voor de echt Limburgse versie. Dat is wat minder zoet en machtig en daar kun je dan ook meer dan één stuk van verteren. Maar goed, volgens mij is die smaak persoonlijk en niet voor iedereen dezelfde.
Smaken verschillen
En eigenlijk is dat wat mij betreft dan ook het leuke van verschillende smaken en gebruiken in verschillende landsdelen. Soms wel over grenzen heen. Ik houd daar wel van. Je zult bij mij op tafel bijvoorbeeld nooit gekookte aardappelen krijgen. Wel pasta, couscous of noodles. Wat mij betreft staat kiezen voor je eigen smaak dus gewoon vrij. Weet je wat ik wel eens verzucht heb toen ik naar het zuiden verhuisde vanuit de Randstad? Wat ik het meeste miste in Meerssen, was een goede ‘Turkse’ winkel waar ik hun pizza’s, broden, schapenkaas kon kopen zonder er een wereldreis voor te maken. Mijn wens is nog (lang) niet verhoord.
Ilja, ik zie je zo zitten op het OLV plein, schichtig kijkend naar de kucht en toch weggezogen worden door het Bosseche bol verhaal. Leuk hoe je er een mooi verhaal van maakt.
Prachtig hoor! Zo’n mooie foto van een super Bosse Bol! Het water loopt uit mijn mond, maar je schrijft er NIET bij WAAR ik in Maastricht zo’n echte bosse bol kan kopen! En dan bedoel ik niet die smerige nep ding van AH of Jumbo! Maar een echte!